2017-4 Canada

Dinsdag 29 augustus 2017.

Het is zover we vertrekken naar Canada.
Om 13.00 uur vertrekt onze Airbus A330-300 van de KLM vanaf Schiphol naar Vanvouver.

5.45 uur loopt de wekker af, heel vroeg voor ons doen, maar helaas noodzakelijk want om 7.00 uur zullen Bert & Frouke bij ons voor de deur staan met hun VW campertje. Gezamenlijk rijden we naar Amstelveen waar Frouke haar dochter  woont. We laten daar de VW achter en Saskia brengt ons naar Schiphol. Alles loopt gesmeerd met de formaliteiten en om kwart voor een zitten we in de Airbus 330/600 van KLM,  door ziekte van een crew member en een defecte rookmelder hadden we met een vertraging van 45 mn. te maken. Maar toen ging het dan ook verder van een leien dakje. 9.5 uur vliegen is wel even afzien. Maar wat wil, als je het er jaren over hebt gehad dat je eens naar British  Columbia wilt dan moet het er toch eens van komen. Bert en  Frouke hadden de zelfde gedachte dus afspraken waren al snel gemaakt. 7715 km vliegen is het naar Vancouver. Frouke had nog de pech dat ze haar dure speciale bril plotseling kwijt was en ze was er zeker van dat ze hem in handen had gehad in het vliegtuig. Alles over de kop gehaald  maar hij was weg en hij bleef weg. We hadden het vermoeden dat hij met het afval van de maaltijd was meegegaan. De stewardessen hebben er in de container ook nog naar gezocht, maar niks hoor. totdat er een van hen zo slim was om onder de stoel van onze achter buurman te kijk en ja hoor daar was hij helemaal heen gegleden, Frouke natuurlijk hartstikke blij. De formaliteiten op de airport ging ook allemaal soepel, de huurauto op gehaald en toen naar ons hotel `Sandman` in downtown gereden. De boel een beetje beredderd en om 6 uur nog naar waterstreet gewandeld waar we tegen over de eerste stoomklok op de wereld bij Starbucks op het terras hebben gewacht tot het stoomfluit concert een aanvang nam. Heel leuk. Het is nu negen uur Canada tijd, dat betekend dat we al 24 uur in touw zijn dus snel op bed, morgen is er weer een dag.

2017 canada 001


Voor ons hotel Sandman in Vancouver.

 Woensdag 30 augustus

Ik heb goed geslapen maar Gepke heel slecht “Jetlag”?
Met z’n tweeën in zo’n smal bed zijn we ook niet meer gewend. Om half tien hebben we afgesproken met B&F en toen aan de rit, sightseing door Vancouver, een stad met vele gezichten, zagen we gisteravond in Chinatown nog  enorm veel drugsverslaafden, zwervers en bedelaars. Nu rijden we door het centrum tussen de hoge wolkenkrabbers en luxe kantoorgebouwen o.a. een “Trumptower” naar het Stanleypark hier namen we de lokale weg door het park. het park is eigenlijk een oorspronkelijk oerwoud met enorme 1000 jaar oude pine bomen. Een prachtig park we hebben er echt van genoten. Een tien meter hoge dode stam van een enorme boom was helemaal gerenoveerd compleet met een betonnen fundering, steunbalken en zelfs een bliksemafleider. B Verderop in de haven vonden we een aardige lunchroom waar we muesli met kwark hebben genomen. Terug naar het hotel waar we genoten hebben van ons schoonheidsslaapje. Tegen tweeën reden we naar Vancouver noord naar het Capilano Suspension Bridge park. Dat is gesitueerd rondom een gorge. Met een suspension Bridge van ongeveer 100 meter lang. Verder is het een soort boomkroonpad, maar dan heel groot, maar prachtig aangelegd door de rainforrest. Echt heel indrukwekkend door de kruinen van die woudreuzen te lopen. Dit was een heel geslaagde dag die we hebben afgesloten met  het eten van  een lekkere wrap bij een aardige Libanees. hij heeft ons nog op de foto gezet voor op z’n facebook pagina.

Donderdag 31 augustus.

We gaan aan de rit, koffers ingepakt, afrekenen bij de balie en op naar Cruise Canada aan de Vantage road, waar we de campers op gaan pikken. officieel kan dat pas na 13.00 uur maar het is niet druk en we worden om 10.00 uur gelijk geholpen. Na een uurtje kunnen we beschikken over de camper. Van een Duits koppel krijgen we wat spullen die ze over hebben en die ze niet meenemen naar huis. Met een camper en de huurauto rijden Frouke en ik naar het vliegveld om de auto af te leveren, ook dat gaat erg snel. Vervolgens rijden we naar de camping in Twawassen. Direct daar naast is een grote shoppingmall waar we bij de walmarts inkopen gaan doen. Tegen vier uur zijn we geïnstalleerd op de camping en kunnen we lekker relaxen.

 Vrijdag 1 september.

We moeten vroeg opstaan want we moeten ons voor negenen melden bij de ferry. Gelukkig is die maar een paar kilometer verderop. Keurig op tijd rijden we de ferry op en steken we in 1,5 uur de Gulf of Georgia over. Een leuke tocht over het rustige water. We komen aan in Swartz Bay. Op de eerste parkeerplaats gaan we eten en we boffen want er staat een overvloed aan bramenstruiken en we smullen van de grote honing zoete bramen. Een meisje van een promotieteam voor vancouver island komt ons een doos koekjes brengen. Vlakbij Victoria gaan we op de camping bij het Thetis lake regional park staan, er zijn nog twee plekjes naast elkaar voor ons beschikbaar, lekker in de schaduw want het is weer een prachtige zonnige dag waarschijnlijk wel de warmste dag tot nu toe. Later op de middag maken we met 1 camper nog een tocht naar Victoria. We doorkruisen de gehele stad en volgen daarna de kustweg om de oostelijke kant van de stad. We hebben om mooi uitzicht op de Olympic Mountains in de VS, er ligt daar nog sneeuw op de toppen van de bergen. Langs de gehele kustweg staan prachtige landhuizen, dit is echt wel de rijke buurt van Victoria.

 Zaterdag 2 september.

We rijden eerst naar Nainaimo waar we de ferry willen bespreken. Dat valt tegen want de eerstvolgende gelegenheid is pas woensdag morgen. Dus we blijven een paar dagen langer hier. We maken een stop in Ghemainus, dit is een dorpje waar diverse schilders prachtige muurschilderingen hebben gemaakt, we maken een rondwandeling door het dorp. Nadat we bakje hebben gedaan in een bakkerij met een Nederlandse eigenaar gaan we verder. De bedoeling is dat we naar een camping in Tofino gaan, maar als we opbellen blijkt die helemaal vol te zitten. We programmeren dan maar op Ucluelet aan de westkust, daar is nog een camping die plaats heeft. Het is nog 2 honderd km rijden, maar het gaat via een prachtige route dwars over het eiland. De camping is gelegen bij de vissershaven en we staan op een mooi plaatsje aan het water en we kijken uit over de haven. In de  pub “the Eagles Nest” gaan we lekker eten.

 Zondag 3 september.

Vandaag hebben we besloten om een rustdag te houden. Plotseling zien we een zeeotter in de haven opduiken en op de steiger kruipen, hij komt even kijken of er vissers zijn die hun vis aan het schoon maken zijn, hij heeft pech en duikt weer in het water. Het gaat te snel om een foto te maken helaas. Tegen 4 uur hadden we genoeg van het luieren en zijn we met 1 camper naar het eind van het schiereiland gereden en daar een prachtige trail gelopen naar een lighthouse, de trail voerde door een rainforrest. Echt een oerwoud met enorme dikke bomen en veel omgevallen bomen langs de Pacific. we hoorden en zagen een belboei en verderop een brulboei. Allemaal rotsen en kleine eilandjes in de baai maken dat dit een hel moet zijn voor schepen. In het verleden zijn hier al veel schepen vergaan. Zo’n wandeling door het oerwoud is een geweldige ervaring waar ik ontzettend van kan genieten.

 Maandag 4 september.

Vandaag is het labourday hier in Canada wat de reden was dat de ferry vandaag en morgen volledig volgeboekt is. Dus we kunnen pas woensdag over naar het vaste land. Terug gereden naar de afslag naar Port Albernie en daar onze camper gestald, samen in de camper van B&F naar Tofino gereden daar inkopen gedaan en wat rond gekeken. Heel toeristisch, viel wat tegen. Terug gereden onze camper opgepikt en richting Port Albernie gereden. Onderweg kwamen we bij een campground aan het Spraut Lake, daar waren nog precies twee plaatsjes vrij voor ons, mazzel dus. Het was vandaag zeker de warmste dag  tot nu toe, zeker 34 gr. Dus het eerste wat we deden was de zwemkleding aan en een plons in het meer maken, heerlijk was dat.

 Dinsdag 5 september.

Lekker  rustig aan vandaag. na de koffie een wandeling langs het meer gemaakt en gekeken bij wand schilderingen die vroeger door de indianen in een rotswand zijn aangebracht, niet erg duidelijk maar toch wel herkenbaar. De eekhoorntjes zijn hier heel erg mak en springen soms bij ons op de tafel, leuke beestjes en watervlug. Na de middag zijn we aan de rit gegaan eerst naar Port Albernie waar we aan het water ons broodje hebben gegeten. Van een koppeltje Nederlanders die daar ook met een camper stond kregen we de tip dat er 12 km het binnenland in een mooie waterval was, daar zijn we dus eerst wezen kijken. Inderdaad  een hele mooie cascade waterval met een vistrap waar de zalmen tegenop probeerden te zwemmen. Daarna zijn we door gereden naar Nanaimo waar we in eerste instantie op de long time parking zijn gaan staan maar tegen 22.00 uur kwam er een bewaakster met een herdershond langs die ons verwees naar lijn 5 voor de incheck. Dat kwam ons goed uit want we moesten al om half zes inchecken voor de ferry. anderhalf uur varen en we waren terug op het vaste land in Vancouver North. Eerst een flink eind over de snelweg gereden en toen bij Abbotsford de fraser highweg op richting Hope. Onderweg nog afgeslagen naar een cascade waterval. maar daar zagen we er van af om er heen te lopen, het was een kort maar steile wandeling en het was heel erg warm. Alleen Frouwke kon de moed opbrengen en is wezen kijken. Verderop vonden we in Kilby een leuke camp ground aan het water, dus ook hier lagen we gauw in het water. Nog steeds is het heel mooi weer. Aan de overkant van de rivier komt er om het half uur een goederentrein voorbij denderen. Gigantisch lang zijn die. Voorop twee loc’s en achter nog een, daar tussen in telde ik 230 wagons. Op een gegeven moment zag ik een bald eagle een visje uit het water pikken in de vlucht, mooie ervaring om dat te zien. Weer geen beer gezien vandaag.

 Donderdag 7 september.

Aan de rit naar Hope waar we flink aan het inkopen zijn geweest. Door het prachtige dal naar Yale, een historische nederzetting. Veel was er niet te zien in dit goudzoekers dorpje. Door naar “Hel’s Gate” waar we in een gondel naar de bodem van de canyon afzakken, heel spectaculair. En tien kilometer verder vonden we een campground.

 Vrijdag 8 september.

Vandaag blijven we hier op deze camping staan, even een rustdag. Beren komen hier op deze camping ook voor want overal zien we dikke zwarte drollen liggen. wandelen wat in de omgeving en langs de rivier.

 Zaterdag 9 september.

8.00 uur opstaan en negen uur rijden, dat is weer het oude patroon. We moeten wel wat km maken want we liggen wat achter op het schema. We rijden verder over highway 1 langs de Fraser River naar Cache Creek. Een heel mooie en snelle route. Bij Cache Creek slaan we af naar Kamlooks, een redelijk grote maar lelijke provinciestad. Hier pakken we de weg 5 naar het noorden richting Jasper. In Clearwater draaien we campground aan het Dutch Lake op. Het is een terrassen camping aan het meer. Aan de verkeersweg staan een paar restaurantjes. Een kleintje waar we eigenlijk heen willen is gesloten want de eigenaar is uit vissen staat er op een bord  vermeld. Dan maar naar de overkant en dat bevalt ons uitstekend want het is er gezellig druk en het eten is uitstekend.

 Zondag 10 september.

Het was een koude nacht. En we zien in de verte verse sneeuw op de toppen van de bergen van de Rocky Mountains liggen. Eerst een paar s.m, sjes verstuurd naar de kinderen en toen aan de rit. Op een parkeerplaats waar een gedenkteken staat van Terry Fox. Dat was een 22 jarige jongen die botkanker kreeg en een sponsorloop ten bate van het kankeronderzoek, heeft gedaan van kust naar kust van Canada, ongeveer 5000 km en dat met 1 kunstbeen, geweldige prestatie. Er is hier ook een bergtop naar hem genoemd. Helaas is hij een jaar later overleden. Hij noemde zijn tocht “The marathon of Hope” . In Jasper hebben we eerst getankt en LPG bijgevuld en boodschappen gedaan. Jasper is een erg toeristisch stadje. Even buiten de stad vonden we een camping in het bos, Wapiti Campground. Op alle campgrounds waar we staan waarschuwingen om geen voedsel of afval buiten achter te laten, want dat lokt beren aan en die schijnen hier overal te zijn al hebben we er nog geen gezien.

 Maandag 11 september.

We hadden gisteravond de wekker gezet op  7.00 uur maar omdat we nu in Alberta zijn is mijn telefoon automatisch op een andere tijdzone overgeschakeld en werden we dus al om 6.00 uur gewekt. We stonden al naast bed toen we dat ontdekten. Maar gauw er weer voor een uurtje ingekropen, dat was wel lekker, mede omdat we midden in de nacht al wakker werden van de kou, Gepke heeft er maar gauw een tweede deken bij gepakt. Met 1 camper zijn we naar de Maligne Canyon gereden, zo’n 12 km oostelijk van Jasper. Daar hebben we prachtige wandeling gemaakt over een pad langs de prachtige kloof. Hier en daar is hij wel 20 meter diep maar nog geen 1,5 meter breed. Over verschillende bruggetjes en trappen konden we naar beneden lopen. halverwege ben ik omgekeerd omdat het wel erg steil was en ik moeite heb met hellingen lopen. Ik ben toen met de camper een paar kilometer terug gereden en de anderen bij brug vijf weer opgepikt. Dit was echt een hele mooie wandeling. We zijn daarna naar het pyramid lake gereden noordelijk van Jasper. Onderweg stonden er een paar grote “Elken” aan de kant van de weg, heel mak. Bij het meer hebben we een wandelpad langs het meer genomen, maar na ca. 2 kilometer zijn Bert en ik weer terug gelopen en Frouwke & Gepke zijn doorgelopen een smal pad het bos in. Dat was een wandeling van 5,5 km en maar goed dat we niet mee zijn gegaan want er zaten een paar hele steile hellingen in, Gepke had er ook erg veel moeite mee, maar ze heeft het volbracht de bikkel. Onderweg naar Banf hebben we nog de Sunwapta Falls bekeken. Een indrukwekkende hoeveelheid water wordt hier door een kloof geperst. Verderop vonden we een camping die vol was maar omdat er geen bemanning was zijn we er toch maar gaan staan evenals een 10 tal campers die na ons kwamen. Samen met Bert staan afwassen in het pikkedonker met koud water en het licht van een kleine zaklantaarn, heel primitief dus.

 Dinsdag 12 september.

Regen vanmorgen toen we over de “Icefields Parkway” richting Banf reden. Bij Lake Louise scheen het zonnetje alweer, gelukkig omdat we daardoor een prachtig uitzicht hadden over dit prachtige meer met de besneeuwde bergen op de achtergrond. Het meer is erg in trek bij toeristen er komen elk jaar miljoenen mensen naar toe. Ook nu was het ’s morgens om half tien al vreselijk druk. Tientallen verkeersregelaars waren de verkeersdrukte aan het regelen ook het pad langs het meer leek wel op de kalverstraat op zaterdag middag. Opvallend is dat er volgens mijn schatting 80% van de mensen Aziaten waren. Toch blij dat we het gezien hebben. In Banf, dat net zo toeristisch is als Jasper, inkopen gedaan nadat we eerst vlak bij het stadje bij het kleine natuurparkje “Fenland” gegeten en de dames gewandeld hebben. Op de campground “Redstreak” in Radium Hotsprings hebben we een plekje voor de nacht gevonden.

 Woensdag 13 september.

Voordat we opstonden heeft gep de kachel even geactiveerd  want het was erg koud vannacht. Het blijft een fantastische route waar we hier langs de Rocky Mountains rijden. al wordt de lucht nogal verduisterd door de rook van de bosbranden die verderop in Aberta woeden. Er schijnt veel schade veroorzaakt te worden horen we in een informatiecentrum. Al gauw komen we bij de grens met de USA en gaan we de formaliteiten verrichten. Dat kost ons drie kwartier en dan mogen we door rijden. Frouwke moest wel een paar sinaasappels en avocado’s inleveren. De Custum was een wat sombere man, maar daar schijnen ze in de opleiding les in te krijgen. Voor de formulieren die we in moesten vullen kregen we bolpoints in gebruik, maar pas de zesde bleek het goed te doen, welkom in Amerika het land van de onbegrensde mogelijkheden. Foto’s gemaakt van alle vingers en een irisscan. Bij toeval zien we de afslag naar een camperplaats aan de Grave Creek. Het is een gratis plek aan de beek waar maar 4 campers kunnen staan. Heerlijk rustig. Het was weer een prachtige zonnige dag.

 Donderdag 14 september.

Tijdens het ontbijt werden we verrast door moeder hert met twee kindertjes die vlak langs onze camper liepen en daarna de beek overstaken. ze waren helemaal niet schuw, wat we gisteren overigens ook al wel hadden ontdekt, we zagen ze bij de koeien in het weiland of bij mensen in de voortuin lopen. Langs de weg stond een soort ooievaarsnest met daarop een grote adelaar. Bij Drummond vonden we op het gemeente park een plekje voor de nacht voor maar $ 10,= Er naast is een plek waar regelmatig rodeo’s worden gehouden. een hele primitieve boel, ook de camperplaats trouwens. Een roestig stalen bakje waar de enveloppe met geld in moest en een roestig First aid trommeltje erbovenop waar de envelopjes in zaten. We hebben vandaag 378 km gereden en liggen dan ook vroeg in ons nestje.

Vrijdag 15 september.

Het heeft de gehele nacht geregend en het was koud, dus vanavond zullen de flanellen pyjama’s aan moeten. In Butte, de kopermijn stad, hebben we flink ingeslagen, hebben we weer voor een paar dagen eten. De gehele weg heeft het gesneeuwd, vooral op de hogere passen lag behoorlijk wat sneeuw. Volgens de bewoners is het nog nooit zo vroeg geweest, meestal begint het pas te sneeuwen half oktober. Vlak voor Yellowstone nationalpark zijn we op een hele dure camping gaan staan ($  42,80) Campfire Lodge Resort. Vanavond was het weer droog maar er wordt voor morgen weer sneeuw verwacht.

 Zaterdag 16 september.

Het sneeuwt heel licht vanmorgen maar dat werd later beter en het zonnetje verscheen. We rijden door het prachtige dal langs de rivier naar de west ingang van het Yellowstone national park. Het is een drukte van belang in het dorpje en in het informatie centrum ook. We kopen een combinatie entree bewijs voor zowel yellowstone als het Grand Teton park voor $ 50,= maken wat foto’s van een paar typische western geveltjes en rijden vervolgens het park in. Al gauw stonden we in een lange file want de weg is smal en als er wat te zien is staan alle auto’s stil. Zo ook nu, er is een beer gesignaleerd op de berghelling en als we eindelijk na een kwartier ook op die plaats zijn zien we hem ook scharrelen tussen de struiken zo’n 100 meter hoog op de helling. Niet erg een plek waar we gemakkelijk een foto van kunnen maken, toch maar geprobeerd. Een eind verder hadden we ook nog het geluk een paar solitaire bizons aan de kant van de weg te zien. We laten onze camper achter op de camping in Madison junction en rijden met de camper van F & B naar een modderpot Monument geyser, leek veel op IJsland. Vervolgens in zuidelijke richting naar de grootste geyser “The Old Faithful” Deze spuit zo gemiddeld om de anderhalf uur. Toen we er aan kwamen zaten er misschien wel 1000-1500 mensen op lange rijen banken te wachten tot het zover was. Ja, na 20 minuten hadden we geluk, hij ging spuiten, een machtig aanblik was dat. anders dan in IJsland waar je duidelijk een straal omhoog ziet gaan was het hier meer een brede stoom wolk die wel veel hoger kwam en ook langer doorging, zeker wel een minuut of drie. Heel indrukwekkend. Op de terugweg naar de camping opnieuw een Bizon vereeuwigt.

 Zondag 17 september.

Voor Norris een groot geyser basin bekeken. vanaf het museum hadden we prachtig uitzicht over het dal met daarin diverse modderpotten en pruttel potten. Het was een nogal steil pad naar beneden en weer omhoog dus ik ben boven gebleven maar de rest heeft de wandeling om het gebied heen gemaakt. Het museumpje was ook zeker de moeite waard om te bekijken. Even voorbij Norris hebben we de Virginia cascade in de Gibbon River bekeken. Leuke waterval in een schitterende natuur. De camping in Canyon Village was vol, dus door gereden over de “Dunraven pass” naar “Tower-Roosevelt” waar we op een kleine camping boven op de berg twee plekjes vonden. 1 camper achtergelaten en toen weer naar beneden waar we de Tower waterval bekeken. Dat is een werkelijk geweldige waterval die door een kloof 40 meter naar benden dendert. Een heel fotogenieke waterval, zeker weten. Doorgereden naar “Mammoth Hot Springs” Waren we onderweg een kopje thee aan het drinken, komt er over de weg een grote bizon aan wandelen. Doodgemoedereerd keek hij ons aan met een uitdrukking van “heb ik iets van je aan?” Prachtig beest. De “hot springs” in Mammoth zijn prachtig, evenals in Pammukale in Turkye zijn hier allemaal kleine terrassen gevormd door het zeer kalkrijke water dat uit de bron stroomt.

 Maandag 18 september.

Vanuit “Tower-Roosevelt” zijn we in zuidelijke richting via de zelfde weg naar het natuurpark “Grand Teton” gereden, want de weg Mammoth baar Norris was afgesloten. Uiteraard kwamen we weer Bizons tegen, een hele kudde zelfs, helaas een eind van de weg af, dus foto’s maken was moeilijk. De Mud Volcano’s zijn heel mooi om te zien. De “Dragon’s Mouth Spring” is een hete bron die daarbij ook nog een grommend geluid maakt, vandaar de naam natuurlijk. Op de “Colterbay Village Campground” aan het Jackson Lake waren plaatsjes voor ons vrij, wel duur trouwens $ 30,= per plaats. er is sneeuw voorspeld vannacht.

 Dinsdag 19 september.

Inderdaad lag er vanmorgen een beetje sneeuw op de takken van de bomen. maar niet veel. Eerst de afval water tank leeg en de drinkwater tank vol gemaakt en toen langs de Snake River naar Jackson gereden. Een redelijk groot Western Stadje. Bij een parkje waren de vier ingangen gemaakt van duizenden herten geweien. Bij Starbucks lekker een bakje gedaan en tevens de mailtjes verzonden en ontvangen. Inkopen gedaan bij een grote Mall. Albertsons. Door een prachtig dal reden we naar Idaho Falls en vandaar over de Snake River plains. Dit is een gigantisch prairie gebied, eindeloos en kaal is wat ik er van kan zeggen. Maar je moet het wel gezien hebben. Met wat moeite hebben we in Arco een Koa camping gevonden.

 Woensdag 20 september.

Een leuke camping en leuke beheerders, Doug & Angela. Voor we vertrokken kregen we een Waffel met stroop en een kop koffie, dus zelf ontbijten was niet nodig. 25  km verderop  hebben we de “Craters of the Moon” bekeken, een groot gebied met Lava velden en grotten. Het kwam ons heel bekend voor, het leek sterk op de velden rond het Myvatn meer in IJsland. Nog een leuke flinke wandeling gemaakt. Je kon het gehele gebied verkennen met de camper, er was een prachtige rondweg aangelegd met hier en daar een parkeerplaats waarvandaan je wandelingen kunt maken en toen verder over de 20 en 93 naar Halleye en Ketchum het natuurpark “Salmon River Mountains” in. Iets voorbij Ketchum in het prachtige dal een kleine bijna verlaten natuur campground “Woodriver campground” gevonden. Het was vandaag een beetje regenachtig.

 Donderdag 21 september.

Verder door het “Sawtooth national park” gereden. Een prachtig dal langs de rivier. Van dit landschap kunnen we erg genieten. Bij Banks werd het landschap weer wat vlakker, via Emmet kwamen we uiteindelijk bij Ontario op de interstate 84 uit. Dit is een snel weg dus konden we ook nog even lekker snel opschieten. 418 km hebben we gereden. Bij Pleasant Valleye is een RV-plaats. Maar toen we er aankwamen bleek het een verschrikkelijke gribus te zijn dus door gereden naar Baker City, een redelijk grote stad waar we op een leuke camping konden staan met Wi-Fi dus vandaag kan ik de site bijwerken.

Vrijdag 22 september.

Aan de rit, opnieuw gaan we vandaag een flink aantal kilometers maken over de interstate 84. De prairie is niet een gebied waar we veel tijd aan moeten besteden. Een golvend landschap met hoofdzakelijk dor gras en weinig leven. Bij Hermiston gaan we over op de interstate 82 richting Yakima, daar gaan we over op de lokale weg nr. 12 en gelijk genieten we van het mooie landschap, langs de wilde rivier en steile rotswanden en over een pas door het natuurpark “Mount Rainier”. In Natches, dat midden in een fruit gebied ligt, Kopen we een grote doos met heerlijke blauwe pruimen, zeker 5 kg voor $ 8.=. Het gehuchtje bestaat hoofdzakelijk uit winkels en fruitstalletjes. We genieten van het uitzicht op een prachtige waterval. We overnachten op een natuurcamping Windy camp aan de rivier, mooi plekje. 421 km hebben we vandaag overbrugd.

 Zaterdag 23 september.

Langs de Tieton River rijdend zien we verschillende rafting groepjes varen. Boven op de “White Pas” bewonderen we de prachtige Clearwaater waterval, wat een uniek landschap is het hier. Uiteindelijk belanden we op de interstate 5 en rijden nu snel door naar Longview waar we de 409 nemen naar de kust. Halverwege vinden we een RV-plaats bij een haventje in Elochoman. Er is een feestje aan de gang van de plaatselijke Yacht club. We komen aan de praat met een echtpaar dat het lopende buffet heeft verzorgd, ze bieden ons een stuk overgebleven zalm aan, wat we met smaak opeten uiteraard.

 Zondag 24 september.

We rijden verder langs de Columbia River die verder naar de monding veel breder wordt. Er ligt daar een lange brug van zeker een km naar Astoria aan de overkant. We gaan er niet over maar rijden door naar “Cape disappointment” Dat blijkt voor ons ook een teleurstelling te worden omdat we nergens een motorhome mogen parkeren. Maar de rit door het schitterende natuurpark maakt het wel weer goed. Omdat het zowat lunchtijd is rijden we snel door naar Longbeach waar we bij het strand gaan staan. Het is een enorm breed zandstrand waar vele dagjes mensen aan het vliegeren zijn. we maken er een leuke wandeling nadat we een leuk gesprek hadden met een zeer creatieve dame in een rood autootje, op de passagier stoel had  ze haar gezelschap vast gesnoerd bestaande uit drie grappige poppen, een heel vrolijk mens. De rit langs de Pacific is schitterend. In Grayland gaan we op een hele dure camping staan, maar dat moet dan maar want we hebben een lange maar heel leuke dag gehad.

Maandag 25 september.

Vandaag rijden we de “Olympic Mountains” in, een national park met louter oerbossen. Toch wordt hier nog veel bos gekapt, want we zien tientallen grote vrachtwagens ons tegemoet komen beladen met boomstammen. We slaan een zijweg in naar het Hoh Rain Forest reservaat. Dit is inderdaad een rain forest,  enorme omgevallen bomen blokkeren soms ons wandelpad. Stammen van een meter doorsnee en wel vijftig meter lang, geheel begroeid met mos. Ook aan de takken hangen lange slierten mos, heel spookachtig. Dit gedeelte heet dan ook niet voor niets “the hall of mosses”. Als mens voel je je hier heel nietig tussen die machtige bomen. Het is heel goed dat de mens deze gebieden intact houd, het is werkelijk uniek. Het was reeds donker toen we een camping aan Lake Crescent vonden. Deze camping lag ook midden in een rain forest, we parkeerden de camper tussen de omgevallen bomen. Het waren afgezette plaatsjes zo’n 25 meter uit elkaar. Maar toen we een in eerste instantie een plekje indraaiden kwam er een zeer gestreste Amerikaan uit z’n tent stuiven en begon tegen ons te schreeuwen waarom we uitgerekend naast hem moesten gaan staan terwijl er zoveel plaats was. We zijn toen maar verstandig geweest en paar plaatsjes verderop gaan staan. We hoorden hem nog wel een half uur tieren tegen z’n vrouw die hem vermoedelijk op z’n onredelijke gedrag had gewezen.

 Dinsdag 26 september.

In Townsend zijn we eerst naar een informatie centrum gegaan waar we de informatie kregen over de veerboot naar Mount Vernon. Dit blijkt helemaal niet zo duur te zijn en het scheelt ons een omweg van zeker 200 km door het stedelijke gebied van Tacoma en Seattle. Dat komt ons heel erg goed uit want het scheelt ons een dag rijden die we aan leukere dingen kunnen besteden. Een verre nicht van Gepke , Helen Curry, moet hier in Towsend wonen, we hebben al zeker 25 jaar geen contact meer met haar gehad. In het info centre zoeken we haar op in het telefoon boek maar helaas is ze kennelijk niet thuis als we haar opbellen. We overnachten op een RV-plekje en gaan ’s avonds een hapje eten in een chinees restaurant in het historische centrum van Townsend. Het is niet erg levendig in het centrum van Townsend en ook de haven activiteiten vallen tegen.  

 Woensdag 27 september.

Om elf uur vanmorgen vertrekt onze ferry naar de overkant, naar Coupeville. Bij Deception pass liggen twee bruggen die twee enorme stroomgaten overbruggen. Het is een spectaculair uitzicht vanaf die bruggen op het kolkende water. We zien er zelfs Sea lions in zwemmen. Opnieuw staan we op een mooie camping in het bos vlak aan het strand waar we nog een mooie wandeling heen hebben gemaakt. Wat wel vervelend was dat er een spoorlijn over de camping liep waar regelmatig een lange goederentrein over reed die dan ook nog eens op de camping de lol had om ontzettend hard te toeteren. Om 1.00 uur heb ik de laatste voorbij horen gaan.

 Donderdag 28 september.

 Onze laatste echte vakantiedag is het vandaag. Het is niet zo’n lange tocht want we willen op tijd op de camping Peace Arch in Surrey in canada aankomen. De koffers moeten worden gepakt en de camper nog wat netjes maken.

 Vrijdag 29 september.

 Regen vanmorgen, maar dat deert ons niet. Om half negen rijden we richting de Cruise canada camperverhuurder. De controle van de camper stelt niet veel voor. Deze vakantie hebben we met de camper 6221 km afgelegd door deze prachtige wereld. Er wordt een taxi voor ons besteld, die ons in een half uurtje naar het vliegveld brengt, dan is het wachten, een hapje eten en ons laatste Canadese geld opmaken. Een van onze koffers is 1 kg te zwaar maar daar wordt niet moeilijk over gedaan bij de KLM. Om drie uur stappen we het vliegtuig in, en na een vertraging kunnen we eindelijk om 16.00 uur vertrekken richting Europa.

 Zaterdag 30 september.

Om tien uur plaatselijke tijd kwamen we aan op Schiphol, Het was even wachten voordat onze koffers verschenen op de lopende band. Maar ten slotte konden we dan in de auto stappen waar Frouke haar dochter ons op kwam halen. We hebben bij haar thuis in Amstelveen van een gezellige lunch genoten en toen naar huis. Onderweg werden de oogjes wat zwaar en het was wel moeilijk om ze open te houden. Om 3 uur waren we thuis en we hebben het gepresteerd om tot tien uur wakker te blijven. De komende dagen zullen we nog wel wat last van de “Jetlag” krijgen. Maar dat moet je er voor over hebben na zo’n prachtige vakantie van 5 weken aan de andere kant van de wereld. Veel gezien, veel beleefd en een hoofd vol herinneringen.